Pleidooi
Voor radicaal anders politiek denken
Pleidooi voor Radicaal anders politiek denken
Bruno Latour
Valentijn
De klimaatverandering is het publieke debat binnengekomen als een fenomeen dat er bovenop komt, naast onder meer de explosie van sociale ongelijkheden, migratie en uitbuiting. Het komt velen onder ons voor als iets waarvoor we moeten compenseren: er kan water bij in de emmer als er ergens anders water wordt uitgelaten. Een recent voorbeeld van deze manier van politiek denken is de pijpleiding voor petroleum tussen de Antwerpse haven en het Ruhrgebied in Duitsland. We kunnen petroleum massaal exporteren als we daarmee vrachtwagens van de autostrade halen. Het wordt echter steeds duidelijker dat het klimaatvraagstuk er niet bovenop komt, maar dat het al ongeveer 50 jaar de voornaamste politieke standpunten verklaart.
Wat verbindt dan het klimaat met socio-economische of morele thema’s? Volgens de Franse filosoof en socioloog Bruno Latour is het simpel: het is de omvang van de plaats waar we leven. Veel mensen onderschatten wat er met het klimaat gebeurt, maar dat er op aarde te weinig plaats is voor iedereen, dat is wat we allemaal ervaren. Woningen worden steeds duurder, goede jobs schaarser en de migratiecrisis toont ons dat steeds meer plaatsen geen toekomst bieden voor hun bewoners. In essentie zal de klimaatverandering het overgrote deel van mensen en andere soorten exact dezelfde basisbehoefte ontnemen: een plaats om te leven. Het is dus een existentieel probleem voor de mens.
Dit besef verklaart meteen de polarisatie van enerzijds de nationalisten en anderzijds de globalisten. Beide politieke standpunten komen namelijk voort uit het besef dat er te weinig plaats is. De nationalisten hechten zich aan hun eigen land en ze schermen het af van alles wat volgens hen niet oorspronkelijk nmet die plaats verbonden is. Hoe minder er in hun lokale leefomgeving komt, hoe beter. Globalisten gaan op een gelijkaardige manier om met ruimte. Ze leggen een heel lokale visie op - van een klein aantal mensen en vanuit een klein aantal interesses - aan zoveel mogelijk andere plaatsen. Hoe minder er in hun globale leefomgeving komt, hoe beter. Op het politieke spectrum van globalisme en anti-globalisme gaat het dus steeds om het verminderen van alternatieve levensvormen of mogelijke manieren om met een plaats op deze wereld verbonden te zijn. De enige manier om de aarde in de toekomst tot een bewoonbare plaats voor iedereen te maken, is om deze polarisatie radicaal omver te gooien. Om ditin perspectief te zetten, wil ik een verhaal van Latour navertellen.
Stel je voor dat we sinds pakweg de jaren '70 in een vliegtuig zitten. We zijn het er over eens geworden dat we koers zetten naar de ‘globe’, een wereldbol van handelsnetwerken en economische groei. Met dit vooruitzicht vonden we het niet erg om vanalles uit onze lokale gemeenschap achter te laten. Het is immers logisch om achter te laten wat je niet nodig hebt op je bestemming. Het zijn geen offers maar koffers die we maken. Op een gegeven moment krijgen we van de piloot te horen dat de globe, waarnaar we goed op weg waren, niet blijkt te bestaan. ‘Ladies and gentleman, this is your capitain speaking again’. De plannen voor de modernisering blijken utopisch, want de planeet is te klein voor de gigantische investeringen die nodig zouden zijn. Hier hangen we dan, kilometers ver boven het aardoppervlak en 50 jaar te ver gevlogen.
Waarom blijven we nu toch nog verder vliegen naar die utopie? Het lijkt absurd, maar vanuit het perspectief van de globalisten is het eigenlijk heel logisch. Zij zijn meteen voor een overreactie gegaan. Wat sinds de jaren 1970 gebeurt, is een krampachtige vorm van ontremming. Neem nu het motto van ExxonMobil: “We're committed to responsibly meeting the world's energy needs.” De olie- en gasreus publiceert sinds jaar en dag studies over de gevaarlijke klimaatverandering (‘responsibly’) en heeft sindsdien een ongebreidelde groei gekend (‘the world’s needs’). In naam van de hele wereldbevolking tonen ze dat het mogelijk is om te investeren in ontginning zonder toekomst. Meer en meer mensen beseffen het: we zijn verraden.
Steeds meer mensen willen terug naar hun vertrouwde omgeving. Dat zijn de reactionairen of de nationalisten. Hun reactie is begrijpelijk, maar ook zij zullen hun droom snel moeten vergeten. Die veilige basis bestaat namelijk alleen in tegenstelling tot de globe. We kunnen wel naar dezelfde plaats terug vliegen, maar alles wat we daar zullen terugvinden, is een herinnering of dus ook een utopie. Het enige wat we kunnen doen is een nieuwe plaats zoeken om te landen. En om te landen moeten we een heel aantal offers brengen. Er staat ons een grote sorteertaak te wachten: wat kunnen we houden en wat moet er weg?Dit is vandaag het enige legitieme debat. De enige vraag is: negeren we het probleem of landen we ergens? En ja, landen is radicaal van koers veranderen. We moeten alles in vraag stellen.
De vraag is hoe eraan te beginnen. Voor Latour is het duidelijk: eerst moeten we beschrijven wat onze noden zijn. Want onze noden definiëren onze plaats op deze wereld. We moeten uitmaken wat we nodig hebben om te leven en wat we, bijgevolg, met ons leven zouden verdedigen. Iedereen moet dat doen. Zeker diegenen die zich al jaren verlaten voelen door de politiek. We moeten vooral naar een materieel beeld zoeken, een beeld dat realistisch of werkelijk is. Het ontbreekt ons meer dan ooit aan een adequate representatie van de plaats waar we leven, van onze eigen zone op deze planeet. We zijn het zo gewoon om op een romantische manier de natuur te contempleren, vanop ons balkon, vanuit ons laboratorium, vanuit de ruimte, vanuit nergens uiteindelijk. Cultuur tegenover natuur. Pas als die natuur op ons reageert, worden ons van onze plaats bewust, er midden in.
Deze tekst is een parafrase en vrije vertaling van wat Bruno Latour hoofdzakelijk uiteenzet in Où atterir. Comment s’orienter en politique (2017) . Latour is uitgebreid in beeld op YouTube en is curator van de online, gratis tentoonstelling Critical Zones door ZKM Karlsruhe (https://zkm.de/en).